OliNo

Line Lite International presenteert een spotlamp met een siliconen huls/voering. Wanneer het glas aangeraakt wordt, dan voelt dit rubberachtig aan. Van deze lamp is er ook een versie zonder deze siliconen huls.

Zie voor een vergelijk met andere lampen dit overzicht.

Samenvatting meetgegevens

parameter	meting lamp	opmerking
Kleurtemperatuur	2588 K	Tegen diep warmwit.
Lichtsterkte Iv	81 Cd
Stralingshoek	43 deg
Vermogen P	2.8 W
Power Factor	0.41	Met deze powerfactor geldt dat voor iedere 1 kWh aan netto vermogen, er 2.2 kVAhr aan reactief vermogen is geweest.
Lichtstroom	72 lm
Efficiëntie	26 lm/W
CRI_Ra	81	Color Rendering Index oftewel de kleurweergave-index.
Coördinaten kleursoort diagram	x=0.4643 en y=0.4036
Fitting	E27
D x H buitenafmetingen	65 x 105 mm	Buitenafmetingen van de lamp.
D afmetingen lichtruimte	65 mm	Oppervlakte van het gebied waar het licht vandaan komt. Dit is gelijk aan de diameter van het niet reflecterende gedeelte van de lamp, aan de voorkant. Deze parameters worden in een Eulumdatfile gebruikt.
vormfactor	spot
Algemene opmerkingen		De omgevingstemperatuur gedurende de hele set van metingen was 20-24 deg C Opwarmeffect: opwarmeffect zorgt voor variaties van minder dan 8 %. Spanningsafhankelijkheid: het opgenomen vermogen en de verlichtingssterkte zijn onafhankelijk van de voedingsspanning van de lamp. Voor de Eulumdat file, volg deze link. Een extra foto met de twee spotlampen, een met en een zonder siliconenhuls. Deze foto is hier te vinden.
Meetrapport (PDF)	n.a.

Eulumdat lichtdiagram

Een interessante grafiek is het lichtdiagram, wat de helderheid aangeeft in het C0-C180 en het C90-C270 vlak.

Het lichtdiagram en de indicatie van de planes.

Het C0-C180 vlak en het C90-C270 vlak staan loodrecht op elkaar, in het verlengde van de z-as. Daar de lamp symmetrisch is over de z-as (de hoogte-as) levert het lichtdiagram voor alle vlakken door de z-as hetzelfde resultaat op.

De bundel is smal maar heeft een herkenbare waarde voor spotlampen.

Verlichtingsterkte E_v op 1 m afstand, of lichtintensiteit I_v

Hierbij de plot van de gemiddelde lichtsterkte (I_v) afhankelijk van de hoek van meting t.o.v. de lamp. Dus alle lichtsterkte metingen behorende bij 1 kantelhoek, en afkomstig van verschillende draaihoeken, zijn gemiddeld.

In deze grafiek is de helderheid in Cd direct af te lezen en is niet geconverteerd naar Cd/1000lm zoals in het Eulumdat lichtdiagram.

Het stralingsdiagram van de lamp.

Deze plot met deze gemiddelde waardes worden gebruikt om de totale lichtopbrengst te berekenen.

Het verloop van de lichtsterkte afhankelijk van de hoek t.o.v. de lamp.

Deze plot geeft grafisch weer welke verschillende meetwaardes verkregen zijn bij iedere kantelhoek. Voor een bepaalde kantelhoek zijn er zo een aantal metingen, die afkomstig zijn van verschillende draaihoeken rondom de lamp. Bij een kantelhoek van 20 graden zijn de gemeten intensiteiten in een range van 50-55 % van de waarde bij 0 graden kantelhoek.

Bij het berekenen van de gemiddelde lichtsterktewaardes per hoek en deze uit te zetten in een grafiek, is de stralingshoek te bepalen: dit is berekend op 43 graden. Dit is de gemiddelde waarde en geldt voor alle C-vlakken door de hoogte-as.

Lichtstroom

Met de meetgegevens van lux op 1 meter, gehaald uit het stralingsdiagram met de gemiddelde lichtsterktewaardes, is de lichtstroom te berekenen.

Het resultaat van deze berekening voor deze lamp is 72 lm.

Efficiëntie

Een lichtstroom van 72 lm, en een opgenomen vermogen van 2.8 Watt, levert een efficiëntie van 26 lm/Watt.

Met de powerfactor van0.41 geldt dat voor iedere kWh aan netto vermogen, er 2.2 kVAhr aan reactief vermogen is geweest.

Lampspanning	230.0 V
Lampstroom	29 mA
Vermogen P	2.8 W
Schijnbaar vermogen S	6.7 VA
PF	0.41

Kleurtemperatuur en licht- oftewel vermogensspectrum

Het kleurspectrum van het licht van deze lamp.

De gemeten kleurtemperatuur van deze lamp is ongeveer 2600 K wat warmwit is.

De meting is gedaan recht onder de lamp. De kleurtemperatuur kan ook worden gemeten onder verschillende kantelhoeken.

De kleurtemperatuur van de lamp afhankelijk van de kantelhoek.

De kleurtemperatuur is gegeven voor kantelhoeken tot ongeveer 60 graden, daarna is de lichtintensiteit zo laag dat de meting onnauwkeurig wordt. De kleurtemperatuur varieert minder dan 3 % over dit bereik.

Kleursoort diagram

Het kleursoort diagram en de plaats van het licht van de lamp.

Het lichtpunt ligt dichtbij het pad van de zwarte straler. Hier wordt op teruggekomen bij de CRI van deze lamp.

De kleurcoördinaten zijn x=0.4643 en y=0.4036.

Kleurweergave-index of CRI

Hierbij het plaatje van de kleurweergave index. Deze wordt goed uitgelegd op deze Wiki over kleurweergave-index en deze site.

De gegevens mbt de kleurweergave index van het licht van deze lamp.

Deze waarde van 81 geeft aan in hoeverre het licht van deze lamp een aantal referentiekleuren kan weergeven in vergelijk met het licht van een referentiebron.

Deze waarde van 81 is hoger dan de waarde van 80 die als minimum geldt voor een natuurgetrouwe kleurweergave voor alledaags gebruik, zie ook dit artikel.

De “chromaticity difference” is 0.0029, wat aangeeft hoever de kleur van deze lamp afligt van het pad van de zwarte straler. Deze waarde is lager dan 0.0054 en daarmee zeggende dat de CRI berekening nauwkeurig is en er van mag worden uitgegaan.

Spanningsafhankelijkheid

De lamp is onderzocht op hoe afhankelijk de parameters verlichtingssterkte E_v [lx], de kleurtemperatuur T [K] en het opgenomen netto vermogen P [W] zijn van de lampspanning.

Spanningsafhankelijkheid van een aantal lampparameters.

Het opgenomen vermogen en de verlichtingssterkte hangen niet noemenswaardig af van de aangeboden lampspanning.

Bij een mogelijke variatie in spanning bij 230 V van + en – 5 V dan is de variatie in de verlichtingssterkte van deze lamp ongeveer 0 %. Bij abrupte variaties in netspanning is dit dus niet zichtbaar.

Opwarm-effecten

Van deze lamp zijn de opwarm-effecten doorgemeten op de verschillende interessante parameters. Zie ook de grafiek.

Opwarmen van de lamp en het effect op lampparameters; 100 % niveau aan het begin en aan het eind gelegd

Het opgenomen vermogen neemt toe tot 107 % gedurende de opwarming. De verlichtingssterkte neemt ook toe maar daarna neemt deze af. En klaarblijkelijk is er enige variatie nadien. Dit blijkt te correleren met de variatie in omgevingstemperatuur.

De omgevingstemperatuur gedurende de meetproef

De variatie in de omgevingstemperatuur van 20-24 graden zorgt voor een variatie in de verlichtingssterkte van deze lamp van ongeveer 2 %. Dit is een kleine impact, echter bij vele andere ledlampen is de impact nog kleiner en vaak niet meetbaar.

Extra foto

Links de spotlamp met siliconenomhulsel en rechts zonder

Beide lampen lijken op elkaar. Pas bij het aanraken merkt men het verschil.