OliNo

Duurzame Energie

Zonnepanelen voor de consument: nu en straks

Geplaatst door Koen van Vlaenderen in Zonne-energie Geef een reactie

tvt_zonnepanelen_html_1a19e69fBinnen vijf jaar iedereen zonnepanelen? Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van PV kunnen voor een forse prijs reductie gaan zorgen.

Zonnepanelen nog te duur in Nederland

De meeste mensen met stopcontact vinden zonnepanelen nog te duur. Dat is begrijpelijk: de terugverdientijd van de verkrijgbare zonnepanelen ligt tussen de 10 en 20 jaar ligt, en dat is aan de lange kant. Aangezien de meeste mensen niet heel idealistisch zijn, en op de korte termijn denken, worden zonnepanelen nog heel weinig aangeschaft.

Wat bepaalt de terugverdientijd (tvt) van een zonnepaneel?

Ik ga uit van netgekoppelde PV systemen. De terugverdientijd van een zonnepaneel hangt af van verschillende factoren:

  • de aanschafprijs van het zonnepaneel + converter
  • de omzet-efficientie van het zonnepaneel waarmee licht wordt omgezet in electriciteit
  • de hoeveelheid zonlicht gemiddeld per jaar, waaraan het zonnepaneel wordt blootgesteld. Dit is afhankelijk van de plaats van het paneel.
  • de KiloWattHour (KWH) prijs van de elektrische energie die wordt geleverd door het electriciteitsbedrijf waarmee men een contract heeft
  • de salderingsregels van het elektriciteitsbedrijf
  • overheidssubsidie. Bijvoorbeeld, de Duitse overheid geeft de terugleverende zonnepaneelbezitter een extra vergoeding per geleverde KWH (feed-in tarif)

De terugverdientijd van een zonnepaneel zal korter worden naarmate:

  • de aanschafprijs lager wordt
  • de omzet-efficiëntie toeneemt
  • de jaarlijkse hoeveelheid zonlicht hoger is, bijvoorbeeld in de zuidelijke Europese landen
  • de KWH prijs van de conventioneel opgewekte stroom uit het stopcontact hoger wordt
  • de salderingregels garanderen dat de terugleverende consument een redelijke vergoeding krijgt, i.t.t. een onredelijk lage vergoeding.
  • overheidssubsidies hoger zijn

Ivm technische innovaties gedurende de laatste decennia is de aanschafprijs van zonnepanelen gedaald en de efficiëntie gestegen, terwijl de tarieven van elektriciteitsbedrijven aanzienlijk zijn gestegen.
Daarom is de kostprijs van zonnestroom in met name de zonnige Europese landen zoals Italië nu al vergelijkbaar met de kostprijs van stroom van grote electriciteitsbedrijven. Mits er gunstige salderingsregels bestaan, zou de terugverdientijd van de huidige zonnepanelen in Zuid Europa hoogstens 5 jaar zijn.

Hoeveel winst maak je op zonnepanelen?

Dat hangt af van de terugverdientijd, de levensduur en het energetisch vermogen van het zonnepaneel. Alle zonnestroom geleverd na de terugverdientijd is puur winst, afgezien van eventuele reparaties zoals een kapotte converter. Hoe langer de levensduur van het zonnepaneel, des te meer winst haal je op je zonnepaneel. Zonnepanelen van kristallijn silicium kunnen wel 30 jaar meegaan, maar amorf silicium zonnepanelen gaan hooguit 15 jaar mee. Maar nogmaals, ondanks de winst die zonnecellen opleveren na ongeveer 15 jaar, beginnen de meeste mensen er nog niet aan om uiteenlopende redenen.

De economische en energetische efficiëntie van energievoorzieningen: kent u ze?

Een energievoorziening heeft een bepaalde energetische efficiëntie en een economische efficiëntie.
Je zou zeggen dat dit op hetzelfde neerkomt, maar deze efficiëntie kunnen sterk verschillen voor een en dezelfde energievoorziening.

De energetische efficiëntie van een energievoorziening is de hoeveelheid energie die de energievoorziening levert in een bepaalde periode, gedeeld door de hoeveelheid energie die hiervoor benodigd was (geïnvesteerd moest worden) voor die bepaalde periode. Er is ook zoiets als de ‘energetische terugverdientijd’ van een energievoorziening: het tijdsbestek waarin de voorziening evenveel energie levert als van te voren nodig was om de voorziening te realiseren.

De economisch efficiëntie van een energievoorziening is het quotiënt van de baten en kosten in valuta eenheden gedurende een bepaalde periode van gebruik van de energievoorziening. Dit is ook wel bekend als de “prijs/prestatie verhouding”.

Een zonnecel met een hoge energetische efficiëntie kan een relatief lage economische efficiëntie hebben ivm te hoge productiekosten (nog geen opgeschaalde produktiecapaciteit voor dit type zonnecel, en gebruik van zeldzame en dure stoffen om de zonnecel te realiseren).

Er is een chronisch gebrek aan objectieve cijfers over energetische en economische efficiëntie t.a.v. allerlei uiteenlopende energievoorzieningen, zoals kerncentrales, olie/kolen/gas centrales, windmolens, waterkrachtcentrales, getijde centrales, geothermische centrales, zonnepanelen, etc … Het blijft om deze reden heel moeilijk voor beleidsmakers en investeerders om optimale beslissingen te nemen over subsidies en investeringen t.a.v. energievoorzieningen. Het becijferen van deze efficiëntie is vaak zeer complex en vergt veel kwantitatief onderzoek, denk maar eens aan de energetische/economische gevolgen van milieu effecten. Mede hierdoor kunnen captains of industry een te rooskleurig (of juist ongunstig) beeld scheppen van een bepaald type energievoorziening waarmee enkel het belang wordt gediend van een minderheidselite. De consument kan dus door zijn onwetendheid gemakkelijk gemanipuleerd worden tot consumentenslaaf die veel te veel betaalt voor de geconsumeerde energie.

Bestudeer eens de website van ECN: ecn.nl. Daar kan je het een en ander nalezen over de economische efficiëntie van zonnepanelen, maar vrijwel niets over de efficiëntie van windmolens en kerncentrales. Hetzelfde kan gezegd worden over een publicatie van het KNAW (Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen) over energieconversie technologieën: het bevat geen cijfers over efficiëntie en prognoses hierover, en kan daarom niet dienen als een leidraad t.a.v. nog uit te stippelen beleid, zie de publicatie Duurzaamheid duurt het langst.

Met de komst van de zonnepanelen kan de vicieuze cirkel van onwetendheid worden doorbroken. Het berekenen van de efficiëntie van zonnepanelen is relatief makkelijk. Volgens het ECN (Energieonderzoek Centrum Nederland) levert de conventionele zonnecel 10 keer meer energie dan nodig voor de productie. Een energetische efficiëntie van 10 dus. Dit gegeven leidt tot een informatiebehoefte naar de efficiëntie van andere type van energievoorzieningen. Allerlei consumenten en belangenorganisaties zouden duidelijke vragen kunnen stellen aan de energie industrie en de overheid.

Belangrijke zonnepaneel trends voor de toekomst

Ivm de stijgende olieprijzen zal de KWH prijs voor conventioneel opgewekte stroom stijgen. Ook energie uit kolen wordt duurder, bijvoorbeeld als gevolg van milieu maatregelen zoals het afvangen van kooldioxide. Dit heeft een gunstig effect op de tvt van zonnepanelen, maar dit betekent nog geen verbetering van het energetisch/economische rendement van onze energievoorzieningen. Belangrijkere tvt factoren zijn uiteraard de kosten en de omzettingsefficiëntie van zonnepanelen. Lagere kosten en hogere omzettingsefficiëntie betekenen in veel gevallen een verbeterde energetische- en economische efficiëntie.

Een opsomming van trends wat betreft kostenreductie en omzettingsrendement verbetering:

1. Fabrikage van goedkoper solar-grade silicium, waarbij het tekort aan solar-grade silicium wordt opgelost

Zie informatie over 6N Technology en RSI Silicium Products.

‘Solar grade’ silicium is silicium met een zuiverheid van 99,9999% (6 negens). Op dit moment produceert enkel de IC (Integrated Circuits) industrie zuiver silicium. De IC industrie maakt silicium met zuiverheid van 99,999999% (8 negens), dus honderd keer zuiverder dan nodig voor zonnepanelen. Wereldwijd zijn er slechts 5 van dergelijke silicium fabrieken. Voor meer informatie hierover, kun je vinden in een presentatie van RSI Silicon

De gloednieuwe silicium fabrieken van 6NSilicon en RSI-Silicon produceren enkel solar grade silicium wat minstens een factor 3 goedkoper is dan IC grade silicium. Ook het energetische rendement van zonnepanelen wordt hierdoor een stuk beter: de productie van solar grade silicium is veel minder energie intensief.

De vraag naar solar-grade silicium is de laatste jaren enorm toegenomen door de ontluikende PV markt. De productiecapaciteit van silicium fabrieken is onvoldoende, en is er sprake van een solar-grade silicium tekort. Dit drijft de prijs van zonnepanelen kunstmatig omhoog. Men bouwt niet snel een ‘IC’ grade silicium fabriek erbij, vanwege de hoge kosten, maar de veel goedkopere solar-grade silicium fabrieken kunnen gemakkelijk het toenemende silicium tekort opvangen. Het bouwen van een solar-grade silicium fabriek bedraagt zo’n 50 miljoen dollar, en dat is 10 keer goedkoper dan een “IC” grade silicium fabriek van zo’n half miljard dollar. Aangezien de zonnepaneelmarkt groot genoeg is geworden (dankzij subsidies), zijn de investeringen in de solar-grade silicium fabrieken binnen enkele jaren terug verdiend.

tvt_zonnepanelen_html_1611b2ff

Met de komst van de fabrieken van 6NSilicon en RSI-Silicon dit jaar zal de prijs van silicium zonnepanelen op termijn fors dalen

2. Ontwikkeling van dunne film silicium zonnepanelen, tandem cells en verbeterde electroden

Er is steeds minder silicium nodig om een zonnepaneel te maken. Moderne zonnepanelen hebben een steeds dunnere laag silicium, tot dat het zelfs een dunne film is geworden (thin film silicon PV cells). Aangezien silicium het kostbaarste ingrediënt is van de zonnecel, zal hierdoor de kostprijs zakken en is er minder energie nodig om dunne film Si panelen te maken. Het productieproces van dunne film silicium lagen is relatief eenvoudig. Verwacht mag worden dat het omzettingsrendement van dunne film Si zonnepanelen lager is dan bij conventionele Si zonnepanelen. Ik heb geen gegevens kunnen vinden over de optimale Si laag dikte waarbij de energetische efficiëntie geoptimaliseerd is.

tvt_zonnepanelen_html_40181af9

De twee electroden (top- en back-electroden) kunnen ook nog doorontwikkeld, verbeterd en kosteneffectiever gemaakt worden. Een goede top-electrode moet goed elektrisch geleidend zijn, en als het even kan ook transparant zijn. Deze electrode kan de maximale stroom van een zonnepaneel beperken, wat kan leiden tot een lagere omzettingsefficiëntie bij veel zonlicht. Nanosolar heeft een goedkope doch zeer goede transparante top-electrode ontwikkeld die 5 tot 10 keer meer stroom kan leveren dan andere type top-electroden.

Dunne film lagen kunnen gemakkelijk ‘in tandem’ aangebracht worden, waarbij meerdere zonnecellen op elkaar worden gestapeld, om zodoende het omzettingsrendement te verhogen. Zie bijvoorbeeld de Thin film Si Solar modules van Oerlikon. De Oerlikon micromorf cel gebruikt 2 fotogevoelige lagen, waarbij de ‘onderste’ gevoelig is voor infrarood licht, wat tot 50% meer energie oplevert.

3. Antireflectie laag

Rensselaer Polytechnic Institute ontwikkelde een antireflecterende laag, zodat geen zonlicht meer wordt gereflecteerd door een zonnepaneel (gemiddeld 1/3 van al het zonlicht) en onder vrijwel alle invalshoeken wordt geabsorbeerd. Dit verhoogt het omzettingsrendement van een zonnepaneel. De nanotube coating van Rensselaer is ongetwijfeld heel duur, maar er bestaan ook goedkope en economisch toe te passen antireflectiematerialen waarmee tot 25% meer energie omzetting wordt behaald. Een zonnepaneel met antireflektie coating hoef je niet meer op de zon te richten.

4. Ontwikkeling en productie van niet-silicium gebaseerde zonnepanelen: GaAs/GaInP, CdTe/CdS, CIGS en plastic zonnepanelen

GaAs/GaInP (Gallium Arsenide/Gallium Indium Fosfide) zonnecellen hebben een hoog omzettingsrendement rond de 30% of meer, worden vaak gebruikt bij solar races, maar zijn een stuk duurder dan de silicium zonnecellen. CdTe/CdS (Cadmium Telluride / Cadmium Sulfaat) zonnepanelen van Calyxo zijn een spin-off van ramen met coating, worden op een glazen ondergrond aangebracht, maar hebben hooguit 8% omzettingsrendement. CIGS (Copper-Indium-Gallium-Selenium) zonnecellen worden sinds vorig jaar door nanosolar.com geproduceerd en hebben een redelijk omzettingsrendement van 15%. Deze zonnepanelen zijn momenteel heel goedkoop, vanwege het simpele ‘print’ productie proces waar geen hoogvacuum meer aan te pas komt.. De fotogevoelige CIGS laag kan in groot volume worden geprint. De totale energie capaciteit van alle nanosolar CIGS panelen die in een jaar tijd worden geproduceerd, is gelijk aan die van enkele conventionele energiecentrales. Het is de vraag of de wereldvoorraden Gallium, Arsenide, Cadmium, Tellurium, Indium en Selenium voldoende zijn om iedereen van GaAs/GaInP, CdTe/CdS en CIGS panelen te voorzien. Voor silicium panelen is dit geen vraag: silicium is het op 1 na meest voorkomende element op aarde. Het is belangrijk om het energetisch rendement en economische rendement te vergelijken van GaAs/GaInP, CdTe/CdS en CIGS zonnepanelen met de conventionele silicium panelen. Nanosolar bewijst dat het mogelijk is om een niet op silicium gebaseerde zonnepaneel met succes op de markt te brengen, maar voor hoelang? Plastic zonnepanelen zijn ook in ontwikkelingen, maar hebben nog een te laag omzettingsrendement (5% hooguit) om aantrekkelijk te zijn voor de markt. Daar gaat verandering in komen.

5. Gebruik van geconcentreerd zonlicht

De hoeveelheid fotogevoelig materiaal van een zonnecel kan worden teruggebracht door gebruik te maken van kleine lenzen aan het zonnepaneel oppervlak die het zonlicht eerst concentreren. Het lensmateriaal is goedkoper dan bijvoorbeeld fotogevoelig materiaal met een hoge omzettingsefficiëntie. Dat betekent kostenreductie. Niet erg duidelijk is het welke impact dit heeft op de energetische en economische efficiëntie en de levensduur. Het Nederlandse bedrijf Scheuten Solar past deze techniek toe: glasplaten van kleine glasbolletjes met lenswerking, in combinatie met het lichtgevoelige CIGS.

Minder bekend: geconcentreerd zonlicht kan ook toegepast worden bij de productie van solar-grade silicium, of andere materialen zoals glas. Een grote parabolische spiegel kan voldoende hitte opwekken om te benutten bij productiestappen die hoge temperaturen vereisen, en kan een elektrische oven vervangen. Eventueel kan dit ook met Fresnel lenzen. Er zijn haalbaarheidsstudies gedaan naar het maken van solar-grade silicium op deze manier, en het blijkt mogelijk te zijn. De energetische/economische efficiëntie van zonnepanelen zou hiermee drastisch verbeterd kunnen worden. Een woestijngebied met zand en zon zou dus een prima plek kunnen zijn voor glas- en silicium fabrieken.

6. “Regenboog” zonnecellen uit silicium: quantum dots

Het golflengte gebied van het licht dat een standaard silicium zonnepaneel kan benutten is tamelijk beperkt. Bijvoorbeeld, de helft van alle zonne energie bestaat uit infrarood licht (lange golflengte) waarvoor een zonnepaneel niet gevoelig is. Het ligt voor de hand om zonnepanelen te ontwikkelen die gevoelig zijn voor een groot golflengte gebied: een ‘regenboog’ zonnepaneel. De al genoemde tandem zonnecellen bestaat uit verschillende lichtgevoelige lagen waarbij iedere laag voor een verschillend golflengtegebied gevoelig is. Het gebruik van verschillende dure niet-silicium lichtgevoelige lagen in een tandem cel ligt voor de hand, maar de grote uitdaging is om een silicium gebaseerde regenboog zonnepaneel te ontwikkelen die weer relatief goedkoop zal zijn. Een veelbelovende ondekking is de zogenaamde silicium ‘quantum dot’: de silicium laag wordt opgedeeld in hele kleine eilandjes van silicium op nanoscopische schaal. Eén zo’n silicium eilandje heet een ‘quantum dot’, omdat het quantum gedrag van electronen in de quantum dot verschilt met het quantum gedrag van electronen in een gewone silicium laag. Met name het licht uit het korte golflengte gebied (violet) kan benut worden door quantum dot silicium zonnepanelen. Vanwege de quantum dots worden er per korte-golflengte foton meerdere electronen ‘in geleiding’ gebracht, terwijl er normaal maar één electron per foton in geleiding wordt gebracht. Een nog op te lossen probleem is het ontsnappen van de geleidingselectronen uit de quantum dot eilandjes naar de zonnepaneel electrodes. Dit zou via ‘quantum tunneling’ moeten gebeuren. Behalve de technische problemen die nog opgelost moeten worden, is het de vraag hoe hoog de massaproduktiekosten van quantum-dot zonnepanelen zullen worden.

7. Onderzoek hergebruik van zonnepanelen

Hoeveel energie kost het om een afgedankt zonnepaneel te recyclen? Studies tonen aan dat dit minder is dan het maken van een zonnepaneel uit ruwe grondstoffen. Op den duur kan de prijs van zonnepanelen ook om die reden zakken.

8. Verticale integratie van zonnepaneel productie.

Indien alle productiestappen van ruwe grondstoffen tot eindproduct door één en dezelfde bedrijf wordt uitgevoerd, kunnen die productiestappen beter geïntegreerd worden, en de totale kosten gereduceerd worden. Het maken van solar-grade silicium door een zonnepanelen fabriek is hiervan een voorbeeld. Het hergebruik van zonnepaneel materiaal gaat ook prima samen met verticale integratie. Enkele zonnepaneel fabrikanten zijn hiermee bezig.

Er zijn ongetwijfeld nog meer trends te benoemen, en hopelijk heb ik de belangrijkste trends hier opgesomd.

Aanbevelingen aan overheid en investeerders

Het Nederlandse bedrijfsleven zou een aantal solar-grade silicium fabrieken moeten gaan financieren, maar dan wel een goedkope van 50 miljoen die zich binnen anderhalf jaar terugverdient. Dit zou een stevige impuls kunnen betekenen voor de Nederlandse industrie en zonnepaneel markt. De grondstof is is overal aanwezig en ieder land of regio kan een aantal van dergelijke fabrieken bouwen. Er zijn al enkele zonnepaneel bedrijven in Nederland gestart; een aantal silicium fabrieken zouden een prima aanvulling zijn.

Willen we nog kerncentrales? Even een rekensommetje: voor een nieuwe kerncentrale moet 8 miljard worden neergeteld. Als je 2 miljard besteedt aan 40 silicium fabrieken (40×50 miljoen = 2 miljard) , waarbij één zo’n fabriek dezelfde productie capaciteit als één van de 6 wereldwijde silicium fabrieken die er momenteel zijn, en je zou de overige 6 miljard besteden aan zonnepaneel fabrieken, dan kan je binnen enkele jaren heel Nederland onder een laag zonnepanelen bedekken.

De overheid zou belastinginkomsten onafhankelijk moeten maken van energievormen zoals brandstoffen (benzine/diesel/LPG). Er bestaat al jaren een voorkeursbehandeling door de overheid voor conventionele energievoorzieningen, en met name voor de “belastbare” energievoorzieningen, zoals fossiele brandstoffen, waarbij geen onderscheid gemaakt wordt op schadelijke milieu effecten. Zo heeft LPG relatief weinig impact op het milieu (geen roetdeeltjes), maar wordt er relatief veel belasting op geheven. Ook het verhaal over ‘rooie diesel’ spreekt boekdelen. Waarom zou de overheid haar melkkoetjes weg doen? Een hervorming van het belastingstelsel kan uitkomst bieden. De overheid zou enkel het gebruik van een infrastructuur (wegen/waterwerken) moeten belasten, want het is met name de infrastructuur die via de overheid wordt gefinancierd en onderhouden. Wel een kilometer heffing, maar geen jaarlijkse wegenbelasting en brandstofaccijns.

De overheid int ook nog eens milieubelasting op stroom en gas, ivm het “CO2 gebaseerde broeikas effect”, wel zo’n 200 euro per jaar per huishouden. Dit wordt tegenwoordig “energie belasting” genoemd (in het verleden ecotax genoemd). Over zonneschijn en wind kan de overheid geen belasting heffen, maar wel op stroom (grijze en groene). Het is onrechtvaardig dat de consument wordt gestraft voor schadelijke milieu effecten die weer het gevolg zijn van investeringsbeslissingen waar de consument geen enkele invloed op heeft kunnen uitoefenen, zoals bijvoorbeeld de aanbouw van de nieuwste kolencentrales. En ook al kiest de consument voor groene stroom; hij betaalt evengoed de energie belasting. De overheid zou de milieubelastingsplicht naar het bedrijfsleven moeten verleggen. Momenteel bevordert de overheid vervuiling, omdat het principe ‘de vervuiler betaalt’ niet wordt gehanteerd. Hoe het zou moeten zijn: de consument zou de tarieven van concurrerende energieproducenten moeten kunnen vergelijken, waarbij de vervuilende producent extra belasting betaalt aan de overheid ter compensatie voor indirecte milieu gerelateerde kosten. De vervuilende producent kan vervolgens deze milieubelasting doorbelasten naar de consument in de vorm van hogere energieprijzen. Hierdoor ontstaat er een relatief gunstige prijs voor duurzaam opgewekte energie, en bijvoorbeeld de tvt van zonnepanelen wordt hierdoor korter. Voor autobrandstoffen idem dito: geen belasting meer op ‘brandstof’, maar enkel milieubelasting opleggen aan de vervuilende industrie. Dan worden biobrandstoffen goedkoper voor de consument.

De Nederlandse overheid zou er op moeten toezien dat gehanteerde salderingsregels eerlijk zijn. Veel netwerkbeheerders en energiebedrijven hebben het salderen inmiddels ‘geregeld’, maar is het ook eerlijk geregeld?

En dan nog een paar tips: in plaats van een AmroBank “bail-out” had de overheid een kolossaal bedrag kunnen besteden aan een silicium/zonnepanelen infrastructuur, die ons allemaal tot in de lengte van dagen van gratis energie hadden kunnen voorzien, en dat zou pas een mega impuls voor de economie zijn geweest. Hetzelfde geldt voor de peperdure defensie industrie die nodig is om vooral geopolitiek te bedrijven (veilig stellen van energiebronnen en energiemiddelen, zoals oliepijplijnen in Afghanistan).

Conclusie

De zonne-energie technologie ontwikkelt zich snel. De PV markt is een van de snelst groeiende markten ter wereld. Subsidies, ingesteld door bevlogen politici zoals Herman Scheer, hebben die groei en evolutie gestimuleerd. De nieuwe solar-grade silicium fabrieken zouden niet zijn opgestart bij een te kleine markt, vanwege de terugverdientijd van deze fabrieken. Binnen 5 jaar bereikt zonnestroom ook in West-Noord Europa ‘grid-parity’, dwz het wordt even goedkoop als conventioneel opgewekte stroom, en zal de tvt van zonnepanelen een jaar of 3 zijn. Dit staat in schril contrast met prognoses van het KNAW die slechts over 50 jaar grid-parity voorspelt (zie de publicatie Duurzaamheid duurt het langst). Zelfs de prognose van bedrijfsadviseur Ebel Kemeling (tijdens het WISE Jubilieum voorspelde hij grid-parity voor West-Noord Europa over 12 jaar) is onjuist. Het is de vraag of zonnepanelen die niet uit silicium bestaan op hele grote schaal economisch kunnen worden toegepast, vanwege de wat zeldzame stoffen die worden toegepast. Het belastingstelsel van de overheid is achterhaald en bevordert achteruitgang van ons milieu. Ondanks de privatisering van de energie sector heeft de overheid heeft een natuurlijke marktwerking verstoord dmv dit verouderd belastingstelsel, en laat de consument betalen voor vervuilende industrie. Dit belastingstelsel moet zo spoedig mogelijk worden herzien.

23 Reacties to “Zonnepanelen voor de consument: nu en straks”

  1. Arno Says:

    Hoe zit het met het koelen van zonnepanelen? Als er veel meer licht geabsorbeerd wordt, gaat de efficiëntie wel omhoog, maar wordt het paneel ook veel warmer. Dit is zeer ongunstig voor zonnepanelen, het rendement gaat sterk omlaag bij opwarming van de panelen. De beste panelen halen een rendement van zo’n 30% (bij kamertemperatuur), dat betekent bij een invallend zonlicht-vermogen van 1000W/m^2 dat er (bij totale absorptie) per vierkante meter 700W aan warmte moet worden afgevoerd. Dit is in de praktijk natuurlijk minder omdat een paneel wel gedeeltelijk mag opwarmen en ook niet alle licht zal absorberen, maar hier zal toch rekening mee gehouden moeten worden.

  2. anko Says:

    @ Arno:

    Simpel: combineer de panelen met een zonnecollector, en gebruik de vloeistof uit de collector om de zonnepanelen te koelen. geloof dat ze bij het ECN bezif zijn met de ontwikkeling van deze gecombineerde panelen/collectoren

  3. Pauline Westendorp Says:

    Deze cellen heten PVT cellen en zijn al te koop. Volgens mij heten ze ecotube of suntube. laat je het weten?

  4. Cornelis Says:

    Ik vind een terugverdientijd van 3 jaar wel erg optimistisch geschat, maar dat het naar beneden gaat kunnen we het over eens zijn. Misschien tussen de 5 a 10 jaar binnen enkele jaren.

  5. Peter Heijnen Says:

    stelling1: amorf silicium zonnepanelen gaan hooguit 15 jaar mee

    Amorfe zonnecellen zijn net als kristallijne zonnecellen afhankelijk van de encapsulant, indien je ervoor zorgt dat er geen lucht of water bij de zonnecel komt en de encapsulant de UV doorstaat, kunnen deze zonnecellen ook 20 jaar of langer meegaan.

    stelling2:zonnepaneel met antireflektie coating hoef je niet meer op de zon te richten.

    Zonnepanelen worden op de zon gericht om zoveel mogelijk licht in te vangen. Dit lukt niet onder een hoekverdraaiing van bijvoorbeeld 20%, je verliest veel aan ingestraald vermogen. Dat heeft niks met antireflectie te maken. Je verliest wel minder aan interferentie bij een goede antireflectie coating.

    Jammer dat je in dit leuke stuk de financiele crisis erbij haalt. Lijkt me niet nodig. Als de nederlandse staat ABN had laten omvallen of een andere “systeembank” waren waarschijnlijk alle banken onderuit gegaan en zaten we in hetzelfde schuitje als IJsland. Het is jammer van het geld want we zitten met zn alle op de blaren maar ik denk niet dat er een keuze was geweest.

    Complimenten voor het stukje

  6. Koen Says:

    Hi Peter, bedankt voor de reaktie. Wat bedoel je met ‘minder interferentie bij goede antireflectie coating’? Ik weet wat interferentie is bij golfverschijnselen, maar in deze context begrijp ik ‘interferentie’ niet.

    Tja wat de ABN betreft: deze bank is gered met veel belastinggeld, en geeft evengoed geen crediet aan het bedrijfsleven, dus zijn er miljarden verspild, en volgens mij is dat gewoon de bedoeling. Verschillende top economen hebben al gezegd: laat de banken maar barsten. Dit is slechts bedoeld als voorbeeldje dat we met gemak een zonnecel economie in korte tijd hadden kunnen realiseren, als we maar met zijn allen eisen dat er geld in geinvesteerd wordt. Natuurlijk is dit een politieke draai aan het verhaal, maar daar ben ik niet zo bang voor. Denk ook maar eens aan de geopolitiek en de enorme militaire budgetten die hier mee gemoeid zijn, zoals de Nederlandse militaire aanwezigheid in Afganistan om de Carlyle oliepijplijnen veilig te stellen (of dacht je dat er humanitaire hulp werd geboden tegen de taliban?).

    Miljarden worden bewust verspild.

  7. Koen Says:

    Koeling van zonnecellen, ai, dat is een trend die ik dus vergeten was. Weten we hoe duur deze koeling is? Wat doet dit met het economische rendement van de zonnecel? Het klinkt eenvoudig, die combi van PV en zonnecollector, en het energetische rendement gaat er op vooruit, maar geldt dat ook voor het economische rendement?

  8. Floris Says:

    Waarom staart iedereen zich dood op de ‘terugverdientijd’? Want: 1) Als je geen zonnepanelen hebt betaal je voor je elektriciteit tot in het oneindige, 2) De tarieven voor elektriciteit zijn de laatste 10 jaar meer dan verdubbeld en het eind van de boveninflatoire tariefsverhogingen is nog lang niet in zicht, 3) Op dit moment is de energiebelasting hoger dan de feitelijke stroomprijs; je verdient dus niet terug maar je vermijdt belasting [!], 4) De afschrijving op zonnepanelen is extreem laag want de restwaarde is hoog, zeker vergeleken met zoiets als een auto, en een auto (lees: melkkoe voor iedere instantie die geld uit je zak wil kloppen) verdient zich nooit terug, 5) Stel dat je paneeltjes zich hebben terugverdiend: daarna heb je dus voor eeuwig gratis energie.

  9. Chris van der Zwaal Says:

    Leuk je artikel ,Koen !
    Het zou mij niet verbazen als de prijs van zonnepanelen binnen 5 jaar onder de E 2,00 per Wp duikt. Het gaat erg hard met al die nieuwe technische vindingen. Ik ben zelf een keer in Shanghai naar een pv-fabriek geweest(afgelopen december) en daar kon ik de panelen voor E 2,50/Wp kopen. (transport / invoerrechten is natuurlijk nog een probleem…) Dat geeft al aan dat het al behoorlijk laag is. Ook dat First Solar met zijn E 0,80/Wp produktiekosten is al weer een stuk lager in prijs.Maar daar kleven geloof ik wat milieutechnische kanten aan.
    Ik denk verder dat de realiteit is dat er relatief nog niet zo veel mensen zijn die uit idealisme zonnepanelen nemen, en dus nog erg sterk naar het prijskaartje kijken.Dus om meer mensen over de streep te krijgen speelt de terugverdientijd toch een grote rol. En daarbij zal je toch ook rekening moeten houden met uitval van panelen (stormschade door rondvliegende dakpannen enzo…..,ik woon zelf in de kuststrook)
    Peter (Heijnen) : je schrijft dat het opsluiten /beschermen van de cellen belangrijk is. Maar daarin schrijf je lucht en waterdicht. Nu ben ik zelf mijn eigen panelen aan het bouwen. Bedoel je met “luchtdicht” eigenlijk dat als de lucht er in kan komen dat daarmee dan vocht wordt aangevoerd en dat dus het vocht in die lucht het probleem is ? Ik heb nml een dubbelglas-constructie gemaakt met een zekere hoeveelheid lucht daarin opgesloten maar die wordt dus niet ververst;als het goed is blijven het dezelfde moleculen zal ik maar zeggen.

  10. Peter Heijnen Says:

    Hallo Koen,

    Interferentie is inderdaad een verkeerde woordkeuze…ik zal even verduidelijken wat ik bedoel…. ik bedoelde de brekingsindex:

    http://nl.wikipedia.org/wiki/Brekingsindex
    Als de invalshoek groter is dan de grenshoek wordt de lichtstraal niet meer afgebogen, maar totaal gereflecteerd. Van deze totale reflectie wordt gebruik gemaakt in onder andere de prisma’s van prismakijkers.

    Als je het gebruikte materiaal in de lijst van wiki opzoekt hier:
    http://en.wikipedia.org/wiki/List_of_refractive_indices

    zie je vaak grote overgangen van Lucht naar Materiaal…..door een overgangsmateriaal te kiezen dat hier tussenin ligt, voorkom je grote overgangen en minder verlies….dit is wat ik bedoelde met een goede anti-reflektielaag….die zou er ook voor moeten zorgen dat de overgang van lucht naar vast materiaal beter verloopt….

    in de context zoals je het opschrijft over ABN kan ik het alleen maar eens zijn. De 5 miljard wordt inderdaad heel gemakkelijk uitgegeven om een bank te redden maar had ook in een duurzame samenleving kunnen worden gestoken. Gelukkig kunnen de aandelen ABN over enkele jaren duur verkocht worden aan investeerders en kunnen we het misschien dan alsnog investeren in zonnepanelen

  11. Peter Heijnen Says:

    Hallo Chris,

    Luchtdicht is waarschijnlijk geen criterium waaraan jouw eigen gebouwde modules moeten voldoen….commerciele producten dienen aan een hele serie tests te voldoen(hageltest,koude,warmte om te worden verkocht. Een geringe achteruitgang in performance is daar een van….dit wordt bij flexibele zonnecellen bereikt door ze te beschermen tegen allerlei weersinvloeden zoals vocht en UV. In hoeverre de aanwezige lucht in je dubbele glasconstructie zorgt voor een achteruitgang in performance danwel levensduur is moeilijk te zeggen. Glas heeft in ieder geval geen last van UV, je lijm zou dat wel kunnen hebben dus bekijk dat goed….

    Succes met dit leuke project…ben erg benieuwd….

  12. Chris van der Zwaal Says:

    Hoi Peter,
    Over ruim een week komt er van mij een artikel over mijn zelfbouw project met foto’s enzo.Inmiddels ben ik kortgeleden heel even “online” gegaan met de zelfbouwpaneeltjes op het stopcontact.Gaaf was dat ! mijn website daarover : http://www.doctersnuggles.come2me.nl Het gaat de goede kant op !
    Maar zo’n artikel hier van Koen vind ik ook heel leuk want er staat voor mij veel informatie in.Bedankt nog Koen !

  13. Koen Says:

    Om nog even terug te komen op PVT (PhotoVoltaicThermal):

    http://www.nsti.org/Nanotech2009/abs.html?i=10038

    Millenium Solar is een van de eerste bedrijfjes dat PVT verkoopt. Een praktische ervaring met PVT: de koeling van de PV verhoogt inderdaad de elektriciteit conversie, maar het water wordt niet warm genoeg (hooguit 55°C) voor “nuttig” warm water. Daarom heeft men extra thermische zonnemodules toegevoegd om het water extra te verwarmen.

    Een extra overzichtsartikel zou gewijd moeten worden aan de ontwikkeling (qua rendement en kostenreductie) van thermische zonnepanelen.

  14. polderjongen Says:

    Nanosolar heeft nog steeds geen commerciële productie en er is al een half miljard euripegels in gestoken (o.a. door Franse atoomgigant E.D.F.). Veel insiders geloven niet dat veelprater en persberichten poeper Roscheisen binnenkort met bewezen productie commercieel kan gaan leveren… (er staat een pijl omlaag in het uitgebreide dunne laag themanummer, jan. 2009, van Photon over potentieel kandidaatschap van “The Second Solar” (na mammoet First Solar), bij Nanosolar, en zij kunnen het weten…)

    Grote missende partij. Je noemt wel Calyxo, spin-off van reuzen Si cellen producent Q-Cells, maar die is net begonnen en staat als een klein duimpie naast REUS met hetzelfde product, maar vele, vele malen verder en succesvol, First Solar. Jaarlijkse productie van hun CdTe modules (CdS is niet sulfaat maar sulfide) loopt al snel op naar 1 GigaWattpiek op 3 lokaties, laagste kosten in Maleisië (schijnen ze al rond de 70 dollarcent/Wp te zitten). Ze hebben miljoenen modules in vooral Duitsland en Spanje verkocht, en er is nog voor 20 GigaWattpiek aan Tellurium volgens Photon, dus ze hebben nog even te gaan. Er wordt naar alternatieven gezocht, want First Solar is niet op het achterhoofd gevallen. Ze produceren met Sempra in El Dorado project hoogstwaarschijnlijk al ver onder de gasturbine fossiele prijs, en gaan VET uitbreiden in The States. Hun beste commerciële en gecertificeerde module staat gewoon in de PhotonProfi lijst van februari: 80 Wattpiek en reeds 11,1 procent module rendement, daar is Calyxo nog niks bij… Zie verder Polder PV voor uitgebreide berichtgeving.

    Het is niet “de Duitse overheid die een extra vergoeding per geleverde kWh geeft”. Beslist niet, vrijwel niemand snapt de essentie van het Duitse EEG, wat een “Kostendeckende Einspeise Vergütung” bij Wet (tarieven tot twee cijfers achter de komma) garandeert en wat door de netbeheerders wordt uitbetaald en door hen via een landelijke “Wälzung” bij alle kWh verbruikers, de zonnestroom producenten met eigen netafname meter rabiaat van hun invoedingsmeter gescheiden inclusief (!!!), incasseert. Alle feed-in wordt daartoe door controlerende instantie BDEW bij elkaar geraapt, en universeel tegen alle verbruik weggestreept, hieruit volgt een “EEG Quote”, het vaste percentage wat verplicht door alle leveranciers doorgeleverd moet worden, tegen een vaste Umlage. Dan houd je een “te betalen omslag per kWh” voor alle kWh verbruikers over, en die wordt volautomatisch geïncasseerd en doorgesluisd. Systeem wordt maandelijks herberekend, en per jaar wordt gecorrigeerd en bijgesteld. Werkt al sinds 2000 en zelfs Nederlandse professoren begrijpen het (nog) niet en stapelen de ene blunder op de andere als ze er iets over proberen te zeggen…

  15. Koen Says:

    Polderjongen,

    Volgens nanosolar zijn er al nanosolar fabrieken gerealiseerd. Ik ga er van uit dat ze gewoon gaan leveren, en dat nano solar niet een grote hoax is. En wat “niet binnenkort” is, geen idee.
    En dat blad Photon “het kan weten”, die kanttekening is mij worst.

    Ok, First Solar is het grootst, maar het ging mij erom om trends uiteen te zetten, waarbij ik nog bescheiden opmerkte dat ik altijd een trend over het hoofd kan zien. Heb je weet (misschien in “Photon weet het beter”) van een veel beter overzichtsartikel over PV technologie trends? CadmiumTellurium wordt veel verkocht en er is nog wat van over, maar niet genoeg voor een wereldeconomie; dat is duidelijk.

    De Duitse EEG (die ook niet door jouw helder wordt uitgelegd) is kennelijk bij de wet geregeld. Dat lijkt me Duitse overheid dan. BDEW, Bundesverband der Energie- und Wasserwirtschaft? Lijkt me ook overheid. Waar komt de feed-in vergoeding vandaan? Of het via belasting gaat of via een potje van de energiebedrijven/netwerkbeheerder, het geld is afkomstig van de Duitse samenleving. Het is en blijft een subsidie (zie ook definitie van subsidie). Het belangrijkste is dat de EEG een goede wettelijke regeling is voor lange termijn, waarbij er vooral geen ondoorzichtige ambtenaren aan het geld zelf zitten, zodat er relatief weinig Duits geld aan de strijkstok blijft hangen ipv veel, zoals in Nee-derland. En ook dat er een continue calculatie/tarief aanpassing kan plaats vinden, op basis van marktwerking (???).

    Als een professor zich vergist, is ie extra dom, maar als polderjongen zich vergist, is het gewoon een vergissing, etc … en zo is de “gewone” man zonder titels (?) toch weer het slimst :-). Maar toch, PolderPV is zijn gewicht in goud waard (hoe zwaar PolderPV is, ik weet het niet), en dat is niet ironisch bedoeld. Alle complimenten.

  16. Koen Says:

    Update wat betreft RSI silicon:

    (See page 7 of http://www.rsi-silicon.com/RSIMGTPRES_Feb181009.ppt )

    ———————————————————-

    Demand for solar will accelerate as the price comes down. RSI is a key enabler

    Award-winning patented technology that manufactures solar-grade silicon using simple, proven equipment
    – Safe – No dangerous gases or emissions
    – Only truly green solution

    Exceptionally competitive business model
    – Requires 12kWhr of electrical energy per kilogram versus 212kWhr of electrical energy required by Siemens process to produce 1 kg of high purity silicon
    – Less emissions and Production cost is less than the current Siemens technology

    Enormous economic opportunity
    – Near-term – Take advantage of the historical 35% annual cumulative increase in demand
    – Long-term – Become the low-cost high-gross margin producer, at scale

    Exceptionally scalable model
    1,000 MT capacity plant on-line by 1st Qtr 2009
    Large-scale plant scaling up from 1,000 MT in late 2009 to 30,000 MT by early 2011

    Experienced management team composed of experts in manufacturing, metallurgy, chemistry and engineering

  17. Koen Says:

    Silicon INK: The next step in solar cell manufacturing?

    http://www.innovalight.com

    Zonnecellen 10x goedkoper via silicium inkt print techniek, zo claimt innovalight: minder dan 50(dollar) cent per Watt.

    Veel vragen zijn er nog te stellen over silicium inkt:
    – wat is het?
    – hoe en hoe goedkoop wordt het gemaakt?
    – wat is de economische en energetische efficientie van een ‘gedrukte silicium inkt’ zonnecel?

    Er zouden behalve silicium ook andere elementen nodig kunnen zijn voor silicium inkt, etc …

  18. Koen Says:

    http://media.caltech.edu/press_releases/13325

    Caltech Researchers Create Highly Absorbing, Flexible Solar Cells with Silicon Wire Arrays

    Caltech ontwikkelt zonnecellen gebaseerd op nano-schaal silicium draadjes, die heel efficient licht absorberen en heel efficient omzetten in elektriciteit (dus niet in warmte).
    De nano-scopische silicium draadjes steken net als bij een vacht uit een oppervlakte omhoog. Op deze manier heb je slechts 2% silicium nodig, t.o.v een conventionele silicium zonnecel.
    Zoals altijd is het weer de vraag hoe goedkoop deze zonnecellen gemaakt worden.

    Bij deze ontwikkeling heb ik een heel positief gevoel:
    – mogelijk hele lage productie kosten
    – hoge efficientie
    – geen zeldzame grondstoffen

    Ga zo door, Caltech !!!

    Overigens doet een ijsbeer vacht ook iets soortelijks: zonlicht wordt door de transparante haren in de vacht optimaal geabsorbeerd en omgezet in warmte.

  19. polderjongen Says:

    Vooral zo doorgaan, op alle fronten (het is allemaal nauwelijks meer te volgen). Maar de echte grote slagen worden bij de commerciële productie gemaakt. Daar moet het uiteindelijk toch van komen, niet (alleen) van de talloze techstarters die vaak blijven steken in onoverkomelijke technologische complicaties. Laat Caltech vooral doorgaan, maar het moet in de productie komen. En daar knalt menig dunnelaag initiatief op. Kost bakken met geld om een dunnelaag techniek met nauwkeurige specs (certificatie!!!) draaiend te krijgen. Photon Consulting verwacht een shake out in de sector. En nou niet gaan zitten miepen dat PC kan lullen wat ze willen: zij kunnen het weten totdat het tegendeel bewezen is. Ze zijn vaker voor gek versleten, en hebben desondanks vaak gelijk gekregen…

  20. polderjongen Says:

    Oh, en beste Koen. Mijn titel gebruik ik al lang niet meer… Je mag best mijn bul in komen kijken, jeweetwel, zo’n mooie rooie koker van de Alma Mater…

    Nanosolar hebben we alweer even weinig van vernomen. Product/systeem ziet er prachtig uit qua specs, maar er moet wel fors worden opgeschaald. We shall see. Mag de beste winnen. Al is mijn inschatting dat er veel besten zullen blijven en komen. Er is zelfs een Chinese komeet genaamd Best Solar die verpletterende productie draait…

  21. Jan Maarten Fernig Says:

    Ook voor een zonnepaneel met antireflectielaag kan het lonen dit de hele dag door op de zon te richten. De hoeveelheid straling binnen een vierkante meter bundel is namelijk gedurende de dag vrijwel constant. Alleen bij zonsopkomst en zonsondergang is die hoeveelheid duidelijk minder, vanwege de filterende werking van een dikkere laag atmosfeer waar de zonnestraling dan doorheen gaat. Dat is alleen al op hand en gezicht duidelijk voelbaar, daarnaast kun je doorgaans ook recht in de zon kijken, hetgeen je even na zonsopkomst en voor zonsondergang beter niet probeert (gebruik in dat geval goede zonnebril!).

    Als je nu een plaat van een vierkante meter niet loodrcht op diezelfde bundel houdt, dan valt een gedeelte van de bundel niet meer op de plaat maar erlangs. Je kan ook zeggen: vanuit de zon gezien wordt die plaat smaller. Kortom: zolang je een paneel loodrecht op de zon gericht houdt wordt meer energie ontvangen dan bij iedere daarvan afwijkende stand.

    Daarbij geld een cosinus verband: bij 0 graden afwijking (dus paneel loodrecht op de zon gericht) is de correctiefactor 1 (= geen verlies). Bij 10 graden is de die factor cos 10gr = 0,985 (= 1,5 % verlies).
    Bij 30 graden: cos 30 gr = 0,866 (13,4 % verlies)
    Bij 45 graden: cos 45 gr = 0,707 (kent u hem nog van die fijne goniometrie? dit is namelijk 1/2 wortel 2)(= 30 % verlies)
    Bij 60 graden: cos 60 gr = 0,5 (ook standaard gonio-kennis) (50 % verlies!)
    Bij 90 graden: cos 90 gr = inderdaad 0 (= 100 % verlies) er valt natuurlijk geen zonlicht op een paneel dat evenwijdig aan de bundel zonlicht wordt gehouden.

    Hoe vertaalt zich dat nu naar de praktijk van PV panelen? Het is niet zo dat bovenstaande getallen 1 op 1 voor PV panelen kunne wordne overgenomen. Dit komt doordat PV panelen ook gevoelig zijn voor diffuus licht, welk licht niet rechtstreeks van de zon komt maar door atmosfeer en eventueel wolkendek vanuit allerlei richtingen. Uiteraard niet van beneden, tenzij… je daar bijvoorbeeld water of sneeuw hebt liggen (ga ik verderop nader op in). Ik heb begrepen dat voor de momenteel gangbare panelen de verdeling zo’n 50/50 is. Dus 50% van de electriciteit komt voort uit rechtstreeks ingevallen zonlicht (en daar kunnen we dus winst boeken door het paneel loodrecht op de zon te richten), de ander helft uit het diffuse licht.

    Er is dus zowel winst te boeken door het paneel loodrecht op de bron te houden, als ook de omgeving van dusdanig reflecterend materiaal te voorzien dat meer diffuus licht op het paneel valt. Of gebruik te maken van aanwezige reflecterende lagen zoals water of sneeuw (hebben we de afgelopen winters wel weer maar natuurlijk te weinig voor dit doel, tenzij je op een alp woont of zo…). Mocht het dus zo zijn dat je achtertuin redelijk op het zuiden ligt grenzend aan een brede sloot, dan heb je een mooie uitgangssituatie om extra difuus licht te vangen. Maar ook kan je denken aan witte bodembedeking zoals wit worteldoek (komen ook geen groene planten doorheen die het weer verpesten!) strategisch voor het paneel geplaatst. Al zou dat slechts 1 % meer opbrengen, dan rendeert een lapje worteldoek al snel gelet op huidige prijspijl PV panelen en lage prijs worteldoek.

    Ten slotte nog ten aanzien van het meedraaiende paneel. Hoeveel energie gaat er nu eigenlijk ‘verloren’ doordat een paneel niet meedraait? Dit is redelijk envoudig te bereken met behulp van integraalrekening. Het komt erop neer dat bij een halve boog (dus zonopkomst pal oost en ondergang pal west) theoretisch 50% verloren gaat. Oftwel als het paneel meedraait gedurende zo’n dag (rond 21 maart en rond 20 september) dan valt er 100% meer straling op, dan wanneer het paneel de hele dag pal op het zuiden staat. Theoretisch, want in de praktijk is juist wanneer het meedraaiende paneel maximaal meer oogst, de atmosfeer het grootste obstakel. Uit de praktijk is mij bekend dat minstens 80% meer energie zo’n meedraaiend paneel opvangt, gemiddeld over een heel jaar.

    50% van het totaalresultaat uit direct invallen zonlicht maal rendementsverbetering van 80% resulteert in 40% meeropbrengst. Nu alleen nog met de nare eigenschap van PV verrekenen dat als PV warmer wordt (en dat wordt het want er valt 80% meer energie op die voor het grootste deel als warmte wordt geabsorbeerd, PV zelf ‘doet’ op z’n best 16%) het rendement terug loopt. Uit de praktijk bekende verbetering is rond de 30%. En da’s best jammer, want om die 30% te bereiken moet je wel een constructie bouwen die dat meedraaien goed genoeg mogelijk maakt EN stevig genoeg is zowel panelen te dragen als stormen te weerstaan.

    Zo’n constructie loopt over het algemeen nog aardig in de papieren waardoor 30% rendementsverbetering niet tegen de meerkosten en het grotere operationele risico opweegt. Daarnaast kan je dag zeggen tegen panelen die netjes met het vlak van een schuin dak nagenoeg samenvallen. Toch heb ik vorig jaar de uitdaging opgepakt een constructie te ontwikkelen die goedkoop en stevig genoeg kan worden om een interessante meerwaarde te bereiken. Eventueel in combinatie met eenvoudige waterkoeling om het rendement nog ietsje op te krikken.

    Mijn voornemen is om dit jaar (als mijn SDE aanvraag wordt gehonoreerd) dit experiment langs de sloot (iedere procent meer tegen te verwaarlozen meerkosten is welkom) in onze achtertuin uit te gaan voeren. Ook lijkt mij interessant om te meten wat het effect van zo’n stuk wit worteldoek (of ander reflecterend materiaal) zoal blijkt te zijn. Vooral ook omdat ik dat worteldoek veel makkelijker in een halve boog om het paneel heen kan leggen dan onze rechte sloot in die vorm omleiden 😉

  22. Jonathan Says:

    Wie weet een antwoord?
    Uit China heb ik zes zonnepanelen besteld. Netto bedrag €1100,- en een inverter €280,-
    Wat voor invoerrechten moet ik betalen? Dus BTW en Douanerechten?
    Graag hierop een antwoord. Dank

  23. Koen Says:

    Zonnepanelen vallen kennelijk onder de TARIC code: 8541 40 90
    invoerrechten 0%

    Zie voor een interessante discussie hierover:
    http://www.ecobouwers.be/forum/post/import-zonnepanelen-uit-china

Geef een reactie

WP Theme & Icons by N.Design Studio
Gebruiksvoorschriften | Privacybeleid Adverteren Entries RSS Comments RSS Log in